
- Home
- Als dansdocent
- Voor de dansdocent
- Publicaties
- Dansdocent vs dansleerling
- Leerproces dansleerling
- Energiebesparend lesgeven
- 5 benaderingswijzen
- Blessure wijsheid
- Leiderschap in beweging
- Coaching dansdocent
- Interviews met dansdocenten
- Sanne van der Put
- Sophie van Heesewijk
- Marjon van Grunsven
- Robin Berkelmans
- Inspiratievideo
- Intervisie Dansdocent
- Workshops
- Agenda
- Blog
- Contact
- Gallery
- Home
- Als dansdocent
- Voor de dansdocent
- Publicaties
- Dansdocent vs dansleerling
- Leerproces dansleerling
- Energiebesparend lesgeven
- 5 benaderingswijzen
- Blessure wijsheid
- Leiderschap in beweging
- Coaching dansdocent
- Interviews met dansdocenten
- Sanne van der Put
- Sophie van Heesewijk
- Marjon van Grunsven
- Robin Berkelmans
- Inspiratievideo
- Intervisie Dansdocent
- Workshops
- Agenda
- Blog
- Contact
- Gallery
Blog
Als dansdocent komen er zoveel interessante onderwerpen voorbij! Deze blog is er om mijn gedachten hierover verder uiteen te zetten... Enjoy!
Aan de keukentafel met Sanne van der Put
Posted on March 4, 2018 at 3:25 PM |
![]() |
Interviews met dansdocenten voor dansdocenten
Een initiatief van Esther Nederpelt vanuit haar project ‘OnLine voor dansdocenten’ in samenwerking met het Intervisie Netwerk voor Dansdocenten (www.invd.nl).
www.sannevanderput.nl
Sanne danst haar hele leven al; als amateur, als professional, als docente en als choreografe. Muziek is haar belangrijkste beweegreden, met in haar moderne danslessen ook als pijlers de ‘waarheid’ van de beweging ontdekken en de zwaartekracht durven toestaan. Als dansmaker laat zij naast muziek zich vooral inspireren door de mensen met wie ze werkt, de mogelijkheden van de ruimte en de onmogelijkheden van het leven. Haar werk kan omschreven worden als energiek, muzikaal, ruimtelijk, theatraal met een glimp van relativering. Zij heeft zich in de ontwikkeling van haar dansdocentschap laten inspireren door de Limón techniek.
Tekst: Esther Nederpelt
Hieronder een excerpt van het interview wat ik met de bevlogen moderne dansdocent Sanne van der Put heb gehouden. Een zeer inspirerend gesprek over ons dynamische beroep als dansdocent.
Wat voor skill heb je als dansdocent nodig om goed op je leerlingen te kunnen reageren op wat je in een dansles zoal tegenkomt?
“Dat je als docent zelf een leerling blijft, dat je een onderdeel bent en blijft van een proces waarin je iets leert” is zonder twijfel het antwoord van Sanne. “Dat hoeft niet persé een dansles te zijn. Sportles, taalles, vechtsport, wat dan ook volstaat, als je maar leerling bent en blijft. Dan kun je goed contact houden met je doelgroep omdat je de positie van leerling van binnen en van buiten kent. Als je jezelf dan in die leerling positie begeeft dan pas merk je ‘oh dit is de dynamiek tussen de medeleerlingen’ en ‘ahhh, zo is de dynamiek tussen mij en de docent’. Zo behoud je ‘the beginners eye’, wat ervoor zorgt dat je in directe verbinding kunt blijven staan met je leerlingen.”
Wanneer is een les ‘geslaagd’?
“Een les is geslaagd wanneer je als danser in de les zo in de ‘flow’ bent, dat je zo opgaat in wat je doet en wat je bent, dat het niet meer over jou gaat, niet meer over je haar, of je panty, of dat je bezig bent met wat de andere dansers over je denken of wat de docent van je denkt. Dat je echt even alles vergeet, dat je alleen maar bezig bent met dans in het hier en nu. Net als bij de ‘circles of attention’ (Stanislavski) gaat het over de gewenste mindset, de binnenste cirkel: het één zijn met je taak. Hoe groter de cirkel, hoe minder je met je taak verbonden bent, van bijvoorbeeld een klein beetje afgeleid tot aan de allergrootste cirkel waarbij je eindigt met dat je bezig bent met je boodschappen en dat je denkt ‘wat sta ik hier te doen’. Een les is geslaagd als de dansers én ik zelf als dansdocent één worden met wat we in het hier en nu aan het doen zijn.”
Wat zorgt voor ‘flow’, dat één zijn met je taak?
“Daar is geen formule voor, dat zou mooi zijn!” lacht Sanne hartelijk. “Wat een onderdeel zou kúnnen zijn, is dat je als docent goed voorbereid bent, dat je goed in je materiaal zit. Dan heb je ruimte om ‘terug te schakelen in een andere variatie’ als je ziet dat het (nog) niet aanslaat bij je groep of als de dansleerlingen het al hebben dat je ‘als een drietrapsraket door kunt stomen naar een volgend niveau’. Vanuit de handigheid in het werken met je gemaakte materiaal kun je aanhaken bij waar je leerlingen op dat moment zijn. Het is geen voorwaarde dat als je goed bent voorbereid en flexibel in je dansmateriaal staat dat je automatisch ‘flow’ zal bereiken, dat is zeker geen één op één resultaat, maar het kan je wel een heel stuk helpen om daar dichterbij te komen omdat je flexibel kunt reageren in het moment.”
Waar geef je aandacht aan in jouw les, wat zijn jouw pijlers?
“Het meeste halen uit jezelf en uit het moment! En ook zijn voor mij heel belangrijk muzikaliteit, verbinding, adem, gewichtsverplaatsing, bovenkant los kunnen bewegen met daarbij een stevige core-control zodat je ondersteboven, achterstevoren, naar de vloer en weer van de vloer op kan gaan. In muzikaliteit gaat het om goed leren luisteren en alle muziek gebruiken! Niet dat je danst vanuit een beweging - dan even niets - dan weer een beweging - dan weer niets. Verbindingen maken tussen de bewegingen is ‘the key’ wat betreft muzikaliteit. Ook werk ik veel met dynamiekverschillen in mijn les, met staccato, legato, vloeiend, scherp, de contrasten zorgen voor een diversiteit aan kleuren die je als danser voeden. Voor zowel mezelf als docent als mijn leerlingen vind ik dat dynamische verschil ook het fijnste; van een introvert adagio daarna lekker knallen in een sprongencombinatie. Mensen in de les reageren daar ook goed op!”
Wat maakt dat je de dansbeweging kunt ‘geloven’?
“Het verschil tussen ‘rennen met je benen onder je bovenlichaam waarbij je de stappen zet’ en ‘werkelijk ervaren dat je rent’ zorgt ervoor dat je de dansbeweging geloofwaardig kunt overbrengen. Je ziet als kijker precies wanneer iemand ‘het’ wel of niet doet, dat is zo overduidelijk.
Ik refereer vaak aan beelden van dagelijkse handelingen als bijvoorbeeld van een duin afrennen – nu doe je dat natuurlijk niet dagelijks haha - maar het is wel een helder beeld wat iedereen weleens heeft gedaan! Van de duin af rennen en dat je eigenlijk niet meer kunt stoppen, dat je benen steeds sneller je gewicht moeten opvangen. Door het ‘beeld’ te benoemen heb je veel kans van slagen dat je bij jouw leerlingen een onmiddellijke verandering in de dynamiek ziet (al valt dat kwartje bij elke leerling in een ander tempo). Ik geef vaak beelden aan mijn bewegingen mee, zodat de danser gaat geloven in de beweging die hij of zij maakt. Iedere eigenzinnige moderne docent is hoogstwaarschijnlijk gewend om de bewegingen op een ander soort manier te beschrijven en te benoemen dan het gebruiken van alleen de terminologie. En dat helpt om beelden te benoemen om de bewegingsintentie te stimuleren, zowel voor de kijker naar de beweging als voor de ervaring van de beweging.”
Als we nog even doorpraten, vertelt Sanne:
“Het gaat erover dat de ‘waarheid’ van een beweging wordt gepakt. De waarheid van het laten vallen van je gewicht bijvoorbeeld, die is redelijk absoluut, dat kun je gewoon zien en voelen. Staan dansers het ‘toe’ om de zwaartekracht werkelijk te gebruiken? The art of allowing. Ontzettend gaaf om te zien als dansers hun gewicht werkelijk gaan gebruiken! Veel dansers zitten vast in ‘vormgeving’, je arm van zij via laag naar voor brengen in plaats van de arm nu eens echt laten vallen waardoor hij automatisch van zij naar voor valt in een dynamiek die passend is. Dat is een zoekproces in elke beweging! Als je in staat bent om dat te doen, partieel of met je hele lijf, dan gebeuren er interessante dingen; je dansen wordt daar echt dynamischer van. Maar veelal moeten we dat echt leren! Dat is een doorgaand leerproces, zo ook bij mij.”
Waar gaat je hart van open?
“Ik kan evenveel genieten van iemand die één keer per week komt dansen en die ik ineens iets nieuws zie doen van ‘yes, dat bedoel ik’ als van een tweedejaars student bij ArtEZ die juist iets tackelt waar diegene niet goed in is. Bijvoorbeeld een lyrische danser die vecht voor een staccato beweging. Het gaat er niet alleen om beter te worden waar je goed in bent, maar om je barrières te slechten op de vlakken die niet vanzelfsprekend zijn. Daar geef ik elke les als dansdocent mijn volle aandacht aan.”
Wat zorgt voor een stimulans bij het leerproces?
“Ik ben erg van de positieve leerlijn, ik moedig mijn dansleerlingen aan om zich vooral op hun gemak te voelen en van daaruit te leren en te creëren. Creëren gaat vanuit een positieve insteek, waarbij je wordt aangemoedigd en gestimuleerd. Ook stimuleer ik de dansleerlingen in mijn les om een correctie te zien als een tool om je verder te helpen. Als je geen correcties krijgt, probeer dan van andere correcties te leren. Als danser in de les zelfstandig bezig zijn, daar activeer ik mijn leerlingen zeker toe.”
Heb je nog een tip voor (net afgestudeerde) dansdocenten?
“Blijf jezelf ontwikkelen! Ga naar een museum, luister muziek, lees een boek, verspreid je inspiratiebronnen. Wees niet eenkennig, onderzoek, blijf nieuwsgierig. Oriënteer je breed, plaats jezelf in leersituaties, zodat je de rol van student kunt blijven voelen.”
Het hele interview is terug te vinden op:
- de website van Intervisie Netwerk voor Dansdocenten (www.invd.nl)
- op de YouTube account van OnLine voor dansdocenten ~ Interview Sanne van der Put
- op de website van Esther Nederpelt (www.esthernederpelt.nl)
Als dansleerling je leerproces optimaliseren
Posted on November 17, 2016 at 4:35 PM |
![]() |
Foto: Alexander van der Linden | EDC dans in Zeist
Blog geschreven door Esther Nederpelt Lazarom
Inleiding
In eerste instantie zou je denken dat, als jij als dans leerling ‘je best doet’ in een les, je jouw leerproces maximaal benut. Meer dan dat kun je toch niet doen? Niets is minder waar! Er zijn zeker nog wat andere skills die je kunt toepassen om als dansleerling jouw leerproces te optimaliseren!
Werk met jouw docent
Een docent werkt met jou als leerling op een bepaalde manier waarbij de docent specifiek materiaal aanbiedt en op een specifieke manier dat bij de doelgroep past, dat weten we allemaal. Maar ook als leerling kun jij op een ‘bepaalde manier’ met jouw docent werken! Een vaak onderschatte rijkdom in jouw leerproces als (beginnende) danser.
Slim leren
Vaak ben jij als leerling zo met je dans en het ‘zo goed mogelijk uitvoeren van de dansbeweging’ bezig, dat je vergeet om ‘slim’ te leren en met jouw docent te werken, in plaats van dat jouw docent alleen met jou werkt ;-).
Onder slim leren kun je veel dingen verstaan, waarbij onderstaande voorbeelden een kleine greep zijn uit de mogelijkheden. Laat je vooral inspireren om zelf verder te denken en dingen uit te proberen!
1) Oogcontact
Als je als dansleerling oogcontact maakt met jouw docent, dan ben je ‘bereikbaar’ voor feedback als tips of complimenten. Als je meer wilt leren dan is dit dus je eerste move! Kijk naar je docent en zorg dat je ogen alert zijn in het contact gedurende de dansles.
Bijvoorbeeld als je klaar bent met een oversteek oefening of een diagonale verplaatsing:
Vaak zie je in de lespraktijk dat de dansleerling na de oefening:
• met zijn ‘oversteek-partner’ een paar woorden wisselt over hoe het ging (of over geheel iets anders kletst ;-))
• dat de dans leerling in zijn eigen wereld zit (overdenkt wat er goed of fout ging)
• naar de andere overstekende andere leerlingen kijkt (op zich een hele goede actie)
Maar… in al deze bovengenoemde facetten is de dans leerling NIET beschikbaar voor de docent!
Vanuit de docent bekeken: de docent heeft jouw gezien tijdens de oversteek en als je klaar bent wil de docent graag met jou aan de slag door:
• je een compliment te geven
• je een tip te geven
• je een kleine aanwijzingen te geven
• je te wijzen op een specifieke pas die toch net iets anders is dan je dacht
Kortom: de docent is klaar en bereid om jou verder te helpen in je leerproces. En waar ben jij met jouw aandacht? Als de docent je niet kan bereiken, dan mis je een grote kans!
Dus nadat je een dansactie hebt gedaan: zoek oogcontact met de docent! Grote kans dat je daardoor
• meer complimenten binnensleept
• meer helderheid krijgt over jouw dansactie
• meer feedback ontvangt waardoor je jouw leerproces optimaliseert!
2) Fysiek uitproberen
Een ander vlak waarop je als dans leerling winst kan behalen, is het fysiek uitproberen van o.a. correcties. Als een docent de moeite neemt om jouw een correctie te geven, dan betekent dit dat de docent in jou wil investeren als danser. Knik niet alleen maar met je hoofd van ‘ah ja, bedankt ik snap het’, want wij dansers weten als geen ander dat we een hoop kunnen ‘snappen’ maar dat het lichaam soms andere plannen heeft. Het lichaam heeft het veelal nodig om het werkelijk fysiek uit te proberen waardoor de spieren, de gewrichten, het bewustzijn en alles wat bij de beweging betrokken is een ervaring kan krijgen van wat de bedoeling is.
Als de docent de moeite neemt om jou een correctie te geven kun je dit oppakken door in jouw reactie fysiek uit te proberen hoe het voelt, of je in jouw lichaam snapt wat de docent bedoelde! Laat deze kans niet liggen. Dit geldt overigens ook voor klassikale correcties: ook al geldt de correctie niet direct voor jou, het is dé uitgelezen kans om uit te proberen en meer te leren!
3) Reageren
Onder reageren kun je verschillende dingen verstaan; in dit geval doel ik op jouw alertheid in de dansles. Soms wordt je als dansleerling in de groep meegezogen en ben je je minder bewust van je eigen aanwezigheid of alertheid in de les. Als een docent dan vraagt om ‘naar de rechterhoek te gaan’ dan slof jij rustig met je groepsgenoten mee. Hier kun je winst behalen, wees slim en reageer in een alerte actieve houding! Misschien slof je daardoor niet naar de hoek, maar doe je dit met een vaartje of dansend. Wat het ook is, reageer!
Ook als de docent een beetje wenkt van ‘kom eens naar voren’, als jij dan als dans leerling degene bent die lekker ver naar voren komt staan, dan is dat ook weer een punt van winst. Het vergroot de interactie met de docent, waardoor je een directere ‘lijn’ hebt waardoor je makkelijker kan leren doordat de docent makkelijker met jou kan werken.
Hoor de docent en zie de docent!
De docent geeft op diverse manieren instructies waarop je kan reageren als dansleerling:
• fysieke handgebaren om extra helderheid te verschaffen in richting, tempo, bewegingsaanzet etc.
• side-coaching teksten om je te ondersteunen in richting, tempo, bewegingsaanzet etc.
• benamingen voor bewegingen of specifieke woorden ter ondersteuning van de beweging: herhaal in jezelf de woorden die de docent noemt, zodat je werkelijk kunt profiteren uit de input die de docent je geeft – je onthoudt hierdoor de beweging ook nog eens makkelijker!
4) Doornemen van dansmateriaal
Neem dansmateriaal door voordat het wordt aangeboden (als het materiaal is wat je al eerder hebt gedanst) of als het wordt aangeboden, activeer jezelf - en je groepsgenoten - in het oefenen van het dansmateriaal. Sommige dansers leren door te kijken en stil te staan (ieder heeft zijn eigen manier van leren), maar veelal wordt de meeste winst behaald in het fysiek uitproberen waardoor het lichaam weet ‘oh ja, dit was het’. Je zult merken dat je soms het dansmateriaal niet meer in je hoofd weet, maar dat je lichaam het nog wel weet! Dat is het bewijs, dat het lichaam zeer behulpzaam is bij het onthouden van dansmateriaal. Neem het fysiek door!
5) Fysieke training vergroten
Je kunt jouw fysieke training in een les bijvoorbeeld vergroten door:
• als je het dansmateriaal doorneemt het materiaal voluit te dansen (zorg dat je de ruimte hebt)
• als de docent dansmateriaal uitlegt fysiek het materiaal te ‘volgen’ door het te doen met je lichaam, niet alleen te kijken
• als een docent een overgang uitlegt, jezelf in de positie waar de overgang over gaat te positioneren en daarmee fysiek oefenen
Note: zodra jij in ‘normale stand’ gaat staan met je lichaam (als in of je op de bus staat te wachten), kan het lichaam uitrusten, soms heel nodig in een dansles. Het kan ook een gemiste kans zijn om te trainen. Kijk wat gewenst is in welke situatie en wat je ook kiest: kies bewust!
6) Wees een individu èn leer van je groepsgenoten
Zorg dat je je niet al teveel laat meeslepen door de groep, hoewel in sommige gevallen dit ook weer positief uitpakt. Laat je enerzijds inspireren door je groepsgenoten, waarbij jouw leerproces wordt bevorderd. Aan de andere kant: wees een individu. Zorg dat je voor jezelf gaat en jezelf altijd op nummer 1 plaatst. Het is jouw les, het gaat om jou – en dat mag! Laat je dus alleen door je mededansers inspireren. Hou in de gaten of de dansers om je heen jouw leerproces bevorderen of vertragen!
Als jouw groepsgenoten jouw leerproces bevorderen wordt dit zichtbaar in:
• laat je inspireren door de energie van je groepsgenoten
• laat je inspireren door de kwaliteit van die ene danser (of meerdere dansers) waar je veel van kan leren
• laat je inspireren door het sociale contact wat je stimuleert om naar de dansles te komen, een fijne tijd te hebben, te genieten van dans in samenwerking met jouw groepsgenoten
• neem waar, zie je groepsgenoten in hun goede en minder goede aspecten, waar jij je voordeel uit kan halen!
Dus open je ogen en zie de mededansers!
Als jouw groepsgenoten jouw leerproces vertragen wordt dit zichtbaar in:
• dat je merkt dat je telkens wordt afgeleid van de inhoud van de les
• dat je niet goed de docent kan volgen
• dat je jezelf teveel gaat vergelijken met je groepsgenoten, waardoor je jezelf naar beneden haalt – blijf bij jezelf!
Het gaat om jou, precies in waar je nu bent!
7) Stel vragen en anderzijds… probeer het uit zonder dat je het zeker weet!
Door vragen te stellen bewerkstellig je een zeer interactieve relatie met jouw docent. Let wel op dat je hierbij ook teveel vragen kunt stellen, die erop wijzen dat je zonder het zeker te weten niet iets wilt of kunt uitproberen. Vragen stellen werkt over het algemeen verdiepend, bekrachtigend en versterkend, om maar niet te spreken over verhelderend! Je kunt over talloze onderwerpen vragen stellen, bijvoorbeeld:
• dansmateriaal qua vorm
• dansmateriaal qua beweegrichting
• overgangen van de ene beweging naar de andere
• bewegingsintentie & emotionele lading bij de beweging
• technische vragen (over hoe je iets uitvoert)
• etc.
De docent vindt het over het algemeen een heel fijn gegeven dat jij vragen stelt als dansleerling! We voelen daardoor bij jou betrokkenheid bij hetgeen je aan het doen bent.
Je kunt echt er ook teveel vragen stellen. Leerlingen die geen risico durven te nemen of heel veel houvast nodig hebben (of de controle niet los kunnen laten) zijn geneigd om zoveel te vragen dat het ze duizelt. Vaak zie je dan ook dat voordat deze leerlingen het antwoord binnen hebben ze eigenlijk de beweging niet zouden willen uitvoeren op muziek omdat het te ‘onzeker’ voelt.
Een goede docent vist deze leerlingen er zo uit en zal hen motiveren om het eerst eens te proberen óf het antwoord zelf te vinden in het doen van de beweging. Risico nemen is ook een vak in de dansles!
8 ) Communiceer, durf echt SAMEN te werken
Als dansleerling mag je gerust zeggen wat je ervaart! Daar ligt een beetje een taboe op in dansland, maar laten we deze toch met z'n allen alsjeblieft doorbreken. Dansleerling wat vind jij? Wat voel jij? Wat ervaar jij? Laat van je horen! Vind je de les te snel gaan, of juist te langzaam, of heb je andere ervaringen die er toe doen in jouw leerproces (alsof er een ervaring is die er niet toe doet!)? Heb je nog extra vragen over dat ene wat jou werd gezegd, of die correctie die je toch niet helemaal snapte achteraf...
Durf de docent op te zoeken en samen het onderwerp op te pakken.
Kortom: werk met jouw docent, wees slim!
Hopelijk hebben deze tips bijgedragen aan een fijne les met jouw docent.
Veel dansplezier gewenst!
Esther Nederpelt Lazarom
www.esthernederpelt.nl
De onderlinge relatie van dansleerling en dansdocent
Posted on April 23, 2016 at 3:35 PM |
![]() |
De onderlinge relatie van dansleerling en dansdocent
~ de ziel van de dansles ~
Geschreven door: Esther Nederpelt Lazarom
Maken of breken
In een gezonde (werk)relatie, zo ook in de relatie tussen dansdocent en dansleerling, functioneert ieder vanuit zijn volledige potentie. Er is een fijne sfeer, een veilige haven om groeimogelijkheden maximaal te benutten en nieuwe uitdagingen aan te gaan. Er heerst als het ware een balans tussen docent en leerling waarbinnen ieder op zijn eigen manier een inspirerende les kan beleven. Soms echter raakt deze balans verstoord en wordt ineens de kwetsbaarheid voelbaar in de docent binnen zijn functie, of ervaart de dansleerling de les als minder prettig.
In het boek ‘OLGA morgen dans’ ik weer van Femke van Wiggen stond een alinea over dit voor mij zeer intrigerend onderwerp betreffende de relatie tussen dansdocent en dansleerling:
“Voor de meeste leerlingen die ze onder haar hoede heeft, blijft Mevrouw een raadsel. Ze kan koket en flirterig zijn en je zo inpalmen. Ze kan teder en aandoenlijk zijn, uit het niets in huilen uitbarsten en je zo voor haar winnen. Ze kan zich formeel en afstandelijk opstellen en ze kan opeens begrip tonen. Ze kan je een schuldgevoel aanpraten, uit je vel doen springen of diep ongelukkig maken. Met één enkele opmerking.
De ene week heb je een goede verstandhouding met haar, de andere week negeert ze je volkomen.
Aantrekken en afstoten. Sonia Gaskell is, hoewel in de kern heel loyaal, onvoorspelbaar.”
Wat mij zo raakt aan bovenstaand stukje is de beschrijving van de kracht en intensiteit van de onderlinge verbinding die je als dansdocent en als dansleerling met elkaar hebt. Hoe deze verbinding de dag van de dansleerling kan maken of breken. Dat dit ook andersom geldt weet ook elke dansdocent! Dat je leerlingen, of soms maar één leerling, jou ook diep kunnen raken op onverwachtse plekken, zowel in het positieve als negatieve veld van de ervaring.
Docent vs dansleerling
Uitgaande van de gedachte dat de dansdocent de bron is van wat er wordt beleeft door de dansleerling in een dansles, is het niet gek dat hierin een kwetsbaarheid verscholen ligt bij de dansleerling. De dansdocent ‘bepaalt’ immers wat er in de les gaat gebeuren, welke vorm de les heeft, hoe deze wordt uitgewerkt en hoe er wordt omgegaan met de ‘resultaten’. Of deze vorm nu bestaat uit puur volgen, voordoen/nadoen of dat de les bestaat uit improvisatie, een creatieve opdracht of dat je als leerling choreografisch aan de slag gaat, het is de docent die de les initieert en de vorm aanreikt (wel of niet in samenspraak met de leerlingen).
Buiten de vraag of de methoden en manieren die een dansdocent gebruikt werkelijk tot de gewenste resultaten leiden bij de dansleerling, is het buitengewoon interessant om te zien wat voor enorm effect de onderlinge relatie heeft in de ervaring van beiden.
Als ik naar mezelf als dansleerling kijk dan ervaar ik een les, waarbij ik een fijne klik heb met de docent, alsof ik kan vliegen! Wat een vreugde om in zo’n les te dansen.
“Jaa, prachtig, dat is het precies!” hoor ik de docent zeggen en ik straal, wil nòg meer geven. Of “Kun je iets meer je arm in dezelfde flow als je been laten bewegen” en ik daag mezelf uit om de flow in zowel arm als been te vergroten, ik sta gemotiveerd te oefenen en te onderzoeken in de hoek van de danszaal.
Anderzijds, als ik de docent of de les niet prettig vindt waarin ik dans, lijkt het alsof ik in de gevangenis zit en niet weg kan. Dat klinkt wat overdreven, maar het kan een heel opgesloten gevoel teweeg brengen. Oh en de tijd gaat dan zo langzaam, buiten dat ik mijn lichaam in spanning voel toenemen en een innerlijk 'nee' voel opkomen. “Die allongé* moet echt kleiner” hoor ik de docent nog zeggen tegen mijn mede-dansleerling een aantal jaren geleden. En ik zag haar voor mijn ogen ineenschrompelen, ze was daarvoor nog zo aan het genieten van haar eigen dansende lichaam in de voor haar heerlijke klassieke dansles.
* Ballet-term: betekent ‘verlengd’ en ‘uitgestrekt’. Bijvoorbeeld bras allongés: uitgestrekte armen.
Geen regels
Met voorgaand voorbeeld wil ik niet zeggen dat specifieke feedback ook altijd op dezelfde manier aankomt of werkt bij de leerlingen. Dit is sterk afhankelijk van o.a. de al opgebouwde relatie, de persoonlijkheid van docent en leerling en zelfs wie er met zijn/haar goede been uit bed is gestapt op de dag van vandaag! Het kan zelfs zo zijn dat een compliment verkeerd valt en een stevige correctie aanspoort tot een prachtige dansbeweging. Dus hier zijn geen 'regels' voor te benoemen, buiten dat het een kwestie is van aanvoelen - en dan nog kun je het geregeld mis hebben als docent of de docent mis-interpreteren als leerling.
Je kan als docent de ervaring hebben dat je heel verbonden bent met je leerlingen en dan nog kan iets wat je grappig bedoelt, of als steun om iemand verder te helpen, helemaal verkeerd aankomen. Of andersom, dat en reactie van een leerling anders bij jou binnenkomt dan dat diegene bedoelt. We zijn allemaal mensen en that is what happens. Het gaat erom: hoe ga je ermee om àls zich zoiets voordoet?
Wat de docent zegt is dus vaak niet de issue, maar de impact die het heeft is het interessantste stuk. Dansleerlingen glijden af of leven op, puur door de aanpak van de docent (waarbij we voor nu buiten beschouwing laten dat afglijden er soms voor zorgt dat er op een bepaald gebied (fysiek of mentaal) kracht wordt ontwikkeld en dat je dus toch opleeft). Sommige dansleerlingen komen pas werkelijk tot hun volledige potentie als zij jaren later loskomen van de docent die 'verkleinend' op hen werkt, bedoeld of onbedoeld. En bij weer anderen is het bij de volgende les alweer opgelost. Ieder reageert er anders op maar dàt er een reactie plaatsvindt, is een feit.
Dansleerling vs dansdocent
Ook voor de dansdocent geldt deze ‘gevoeligheid’ evenzeer de andere kant op. Als jouw leerlingen lekker met jouw les meebewegen, dat je ze ziet groeien en bloeien, dat je ze weet te raken en te inspireren… Het kan je vleugels geven als dansdocent! Ook als ze eerlijk tegen je zeggen wanneer ze iets niet leuk vinden, dat jullie gewoon een open en integere relatie hebben waarbij alles wat er is er mag zijn, het kan zo genieten zijn!
Aan de andere kant, als de groep een innerlijk ‘nee’ in zicht draagt en je krijgt het als dansdocent niet voor elkaar om dit om te vormen in een ‘ja’, dan kan een les enorm zwaar zijn, met soms zelfs slapeloze nachten van dien. Dan kan alles wat je zegt verkeerd vallen, de leerlingen kwetsen in plaats van stimuleren, puur omdat jullie elkaar niet voelen of begrijpen. Of als er één leerling in de les staat met een gezicht op onweer. Elke dansdocent heeft dit weleens meegemaakt en weet dat het invloed heeft, het laat je zeker niet koud!
De mate van impact is natuurlijk bij ieder individu, voor zowel dansleerling als dansdocent, totaal verschillend afhankelijk van verschillende factoren, waaronder de gevoeligheidsgraad van degene waar het om gaat.
Besef van onderlinge invloed
Waar ik het licht op wil laten schijnen is de wederzijdse relatie van de dansdocent versus de dansleerling, waar een zekere afhankelijkheid van elkaar in huist, net zoals in elke relatie. Er speelt een grote mate van kwetsbaarheid mee in deze samenwerking, zowel voor de dansleerling als voor de dansdocent.
Dans is zo eigen, komt zo van binnenuit, wordt gedanst met het lichaam zelf. Het is zo dichtbij, dichterbij dan de huid… Dans beweegt vanuit jouw unieke persoonlijkheid, vanuit jouw eigen lichaam, helemaal vanuit jouw binnenste… Maakt dat ons, als danser en dansdocent, zo kwetsbaar? Staan we - als we met dans bezig zijn - zo ‘open’ met ons hart, dat we daardoor een extra gevoeligheid ervaren bij uitwisseling van de energie die met deze kunstvorm gepaard gaat?
Als dansleerling werk je met jouw lichaam, waar jij als mens in huist… Dat elke verbinding die hiermee samengaat (met medeleerling of dansdocent van de les waarin je danst) een intensiteit met zich meebrengt, is niet gek! En dat het heftig is als er aan jouw ‘huis’ wordt gesleuteld - op fysiek en mentaal niveau - in het krijgen van feedback en correcties (al dan niet met fysieke aanraking gepaard), is dat waardoor jouw ervaring zo intens kan zijn van de manier waarop dat gebeurt? Alsof iemand je huis binnenkomt en de het een en ander verbouwt?
Of dat je als groep wordt aangesproken op een bepaalde manier, wat jullie allen persoonlijk raakt (positief of negatief) omdat jullie zo fysiek ‘open staan’… Is dat waardoor de kwetsbaarheid zo groot is als de balans verstoord voelt?
Ook geldt de kwetsbaarheid voor de dansdocent die - wat we met vrij grote zekerheid kunnen aannemen -zijn/haar ziel en zaligheid in de les heeft gelegd. Als het ware legt de dansdocent zijn hart ook ‘bloot’ in wat hij/zij aan de leerlingen aanreikt. Als de leerlingen daar niet op reageren zoals verwacht of als er in het proces iets vastloopt wat onbesproken blijft, komt dit even hard binnen als andersom.
Kwetsbaarheid als vruchtbare bodem voor groei
Als zowel de dansdocent als de dansleerlingen (uiteraard afhankelijk van hun leeftijd of in de vorm die bij de leeftijd past) zouden beseffen hoe de onderlinge kwetsbaarheid bij beiden aanwezig is en vooral: dat deze er mag zijn, dan zou het weleens zo kunnen zijn dat de kwetsbaarheid transformeert tot een bron van kracht, waarin een warme connectie ontstaat en waar een vruchtbare bodem voor groei ontstaat, waarin inspiratie en ontwikkeling in vrijheid kunnen leven.
Als dansdocent
Durf jij als dansdocent kwetsbaar te zijn? Durf jij te uiten dat je kwetsbaar bent? Maak jij het bespreekbaar in jezelf, met jouw collegae of leerlingen, hoe krachtig de invloed van de leerlingen aanwezig is, op de manier die de toehoorder aankan? Behandel je dit in openheid?
Als dansdocent, besef jij je hoe jij het verschil kan maken in het beïnvloeden van de leerlingen? Dat je hun dag kan maken en breken? En hoe ga jij daarmee om? Besef jij als dansdocent jouw kracht, die je kan gebruiken of… misbruiken?
Als dansleerling
Als dansleerling, besef jij je hoe jouw uitstraling, je innerlijke aanwezigheid in de les, jouw inzet en energie de dansdocent ook enorm kan beïnvloeden? Net zoals dat de dansdocent jou kan laten vliegen, kun jij de dansdocent ook laten vliegen als dansleerling. En durf jij aan jouw dansdocent te vertellen wat je heeft geraakt, ook als je iets je heeft gekwetst of als het niet goed voelt?
Beide partijen dragen verantwoordelijkheid voor de ‘ziel’ van de dansles, voor het kwetsbare gedeelde goed waarmee we werken: ons dansend lichaam. En dat is precies de magie! Allebei de partijen houden van dans, willen daar graag mee bezig zijn en deze grote gemene deler kan de harmonie weer herstellen. De balans is altijd te vinden in waar iemand wordt geraakt in zijn liefdevolle hart. Mensen die met dans bezig zijn, hebben liefde voor dans en zowel dansdocent als dansleerling zijn hiermee vervult, wat een zekere kwetsbaarheid met zich meebrengt. Als je elkaar op dat vlak weer weet te vinden, dan kan het niet anders dan dat jullie de verbinding, in rustige en warme communicatie, weer kunnen herstellen. Misschien dat alleen dit besef al wonderen doet om de balans in eenheid weer te optimaliseren...
Door het besef van kwetsbaarheid en eenheid in beide richtingen ontstaat er wederzijds begrip, een openheid waar we allemaal op zitten te wachten, die ons hart verlicht en die ons samenzijn in de dansstudio transformeert tot een samenwerking die ons dusdanig verrijkt, dat groei in elke ervaring (of deze nu negatief is of positief) mogelijk is. Durf te communiceren, te delen, te leven - dansdocent en dansleerling!
Daar teken ik voor :-).
Blessurewijsheid
Posted on April 10, 2016 at 8:00 PM |
![]() |
BLESSUREWIJSHEID
Geschreven door: Esther Nederpelt Lazarom
Oh nee, een blessure
Herken je de reactie bij jezelf dat als je een blessure hebt, je daar eerder chagrijnig over gestemd bent dan anders? 'Ohhh nee, wat nu' en 'vreselijk, nu kan ik de vreugde van de voorstelling/presentatie niet ervaren, het plezier van de voorstelling niet voelen' of 'de testles/opdracht niet dansen' of 'wat moet ik nu met al mijn lessen doen die ik straks moet geven?’ Deze reacties klinken de meeste van ons dansers en dansdocenten maar al te bekend in de oren, na het constateren van een pijnlijke plek in het lichaam wat ons functioneren belemmert...
Logisch. Laat die eerste reactie er volledig zijn. Baal, pieker, wees somber, laat je docenten weten dat je niet kan komen dansen of zoek in flinke vaart naar vervanging voor de lessen die je zelf zou geven. Niets mis mee en volledig legitiem, vooral doen.
En dan? Dan komt er een moment waar het om gaat of je blessure een 'last' of een 'lust' gaat worden. Nu is een lust natuurlijk een vreemde uitdrukking voor een blessure. Daarmee doel ik op de positieve effecten van jouw blessure. Lees verder...
Een beetje tegenwind maakt je... sterker?
Als we uitgaan van het feit dat een tegenkracht meestal resulteert in het versterken van wat ze bestrijdt, net zoals de wind waar je tegenin loopt ervoor zorgt dat je meer spierkracht traint bij het lopen, dan is een blessure zo gek nog niet. Zegt ze dat echt? Ja dat zegt ze echt. Hierbij ontkennen we niet dat je jouw solomoment in de voorstelling met veel verdriet moet missen, de fysieke pijn, het eventuele schuldgevoel van 'aan de kant zitten/niet mee kunnen doen', 'het in de steek laten van je leerlingen' of de te nemen acties die nodig zijn en die je de nodige stress of energie kosten om je lessen te laten vervangen...
Wat een blessure (de tegenkracht) dus wil, is jou versterken in het gebruik van datgene wat hij nu tegengaat, datgene wat je nu niet kunt doen of uitvoeren. Wauw! Dat is een hele andere kijk op een blessure dan die je wellicht had! Namelijk dat die er is om je het leven zuur te maken...
Lichaamsbewustzijn
Daar verder op doordenkend... De aanwezigheid van de blessure zorgt ervoor dat het geblesseerde lichaamsdeel niet zijn werk kan doen zoals normaal gesproken. De blessure stelt je voor een uitdaging: het laat ons per direct meer bewustzijn naar de taak te brengen die het lichaamsdeel normaliter zou uitvoeren. Bijvoorbeeld: het schiet in je nek. Meteen ervaar je de beperkingen van de bewegingen die je normaal gesproken zonder nadenken maakt. BAM: lichaamsbewustzijn!
En hier zit ons goud, dansers! Hier ligt onze pot met goud ècht voor het oprapen, onderaan de geblesseerde regenboog! Door een toename van bewustzijn in het lichaamsdeel dat door een blessure totaal anders functioneert, kan het resultaat niet anders zijn dan dat we hier met meer bewustzijn uitkomen dan hoe we erin gingen. Aha!
Dit bewustzijn kan vergroten op een tal van gebieden: inzicht krijgen in de anatomie van jouw eigen lichaam, meer voeling krijgen met je energie-niveau, versterking van jouw kracht om voor jezelf te kiezen of inzicht krijgen in het functioneren van je algehele gezondheid en wat jij daarvoor nodig hebt.
Het verhaal van de blessure
De blessure lijkt dus wel een verhaal te hebben, alsof het tegen je praat en je aangeeft dat je meer bewustzijn mag ontwikkelen.
Op specifiek gebied kan het zijn dat je blessure je aangeeft dat ene lichaamsdeel op een andere manier in te zetten, er zachtzinniger mee om te gaan of het meer te laten ondersteunen door bepaalde spieren. Het kan zijn dat de blessure je een andere manier van bewegen in jouw techniek wil leren, bijvoorbeeld dat je bij je danssprongen meer aandacht mag geven aan de landing, in plaats van aan de sprong zelf. Het zegt daarmee eigenlijk dat je jezelf in een sprong de veiligheid mag geven al bewust te zijn van je landing alvorens je sprong te gaan maken. Wat een blessurewijsheid! Henk Knaap (oud-danser van het Nationaal Ballet, nu docent voor docenten) zegt het zo in zijn lessen: "Geef jezelf de veiligheid van een goede landing, dan wil die sprong wel".
Op een ruimer vlak is het misschien zo dat je wellicht je grenzen meer mag respecteren, of dat je liefdevoller naar je lichaam mag zijn, of naar jezelf in totaal... Misschien heb je wel meer rust nodig, minder indrukken of gewoon... tijd voor jezelf? Wellicht zul je bij een van de onderwerpen een herkenning voelen in jezelf.
De belangrijkste stap is jezelf bevragen over jouw blessure.
Op fysiek niveau is dat bijvoorbeeld: welke beweging wordt er beperkt? Om welke spier gaat het? Bij welke beweging voel ik deze spier? Hoe doe ik dat eigenlijk? Kan dat ook anders? Welke spieren komen kracht tekort waardoor ik dat doe? Wat heb ik nodig? Waarom precies op die plek? Het wakkert je nieuwsgierigheid over je eigen lichaam aan.
Op mentaal vlak kunnen dat eerder vragen zijn als wat je er nu van leert om aan de kant te zitten, hoe je het ervaart dat je lichaam niet voluit kan dansen - kun je wel de dansstroom blijven voelen en voeden of zet je alles op slot? Hoe is het voor jou om iets niet te doen wat je wel van plan was, hoe voelt dat, hoe ga je daarmee om? Heb je het gevoel je dat je faalt? Zo ja, mag dat? Voel je dat je tekortschiet naar je mededansers of naar je leerlingen toe, of naar jezelf? Zo ja, mag dat? Of ben je ermee in gevecht... Waarbij beide uiteraard van waarde zijn.
Leg je oor te luisteren
Wat zegt jouw blessure door zijn aanwezigheid? Wat vertelt het je door zijn disfunctioneren, door de uitdrukkingsmogelijkheden en activiteiten in dat specifieke lichaamsdeel uit te schaken?
Door jouw blessure te erkennnen, er te laten zijn en vervolgens te onderzoeken (met alle bijbehorende fysieke en mentale aspecten), kun je als het ware werkelijk gaan luisteren en gaan horen wat de blessure jou wil vertellen, waarbij jij per definitie zorg draagt voor een dieper inzicht in jezelf. Als een blessure niet wordt onderkend, weerhoudt het ons ervan om voorwaarts te gaan in ons herstel en zelfs in onze ontwikkeling. De blessure zet zijn energie dan als het ware 'vast'. Door onderkenning en onderzoek gaat de energie in jou stromen en dat schept een ruimte waar heling plaats kan vinden!
Wat je tegen kan houden is wellicht de gedachte dat als je jouw blessure er laat zijn je in z'n totaliteit in zal storten, dat je niet meer meetelt, je nooit meer die mooie solo zal kunnen dansen of dat jouw leerlingen helemaal fan zullen worden van de invaldocent. In jouw gedachten kan de overtuiging zitten 'toegeven is neerstorten' of 'als ik het erken, zal ik alles verliezen'. Ons brein houdt ons maar al te vaak voor de gek met de 'alles of niets wijsheid'.
Bij deze de uitnodiging een kleine wijziging in je systeem aan te brengen, al is het maar een druppel van de zee in jou die met deze gedachte mee kan bewegen: het luisteren naar jouw blessure is het begin van de genezing.
Puur toeval in de timing en locatie van de blessure? Volgens mij niet. Volgens mij weet de blessure precies wat jij mag leren in zijn aanwezigheid... Leg je oor te luisteren, de blessure is wijzer dan je denkt!